Consultatie NZa-uitvoeringstoets Wlz-behandeling

20 februari 2019

Op verzoek van staatssecretaris Van Rijn (VWS) heeft het Zorginstituut in september 2017 een advies uitgebracht over de zogenaamde aanvullende zorgvormen in de Wlz. Het gaat hierbij om de huisartsgeneeskundige zorg, paramedische zorg, farmaceutische zorg, hulpmiddelen en tandheelkundige zorg. Bekend is dat instellingen dit verschillend organiseren.

Het Zorginstituut adviseert om deze behandeling voor alle cliënten in een Wlz-instelling onderdeel te laten uitmaken van het Wlz-pakket (zie voor meer informatie  https://www.zorginstituutnederland.nl/publicaties/adviezen/2017/09/27/advies-positonering-behandeling-in-de-wlz). D.w.z. dat het onderscheid in aanspraak op zorg tussen mensen die in een geïnstitutionaliseerde woonvorm verblijven met alleen een indicatie voor verblijf en mensen met een aanvullende indicatie voor behandeling wordt weggenomen.

Begin dit jaar is de NZa gevraagd een uitvoeringstoets te doen en een advies uit te brengen over de financiële consequenties en een bekostigingsmodel van de voorgestelde pakketwijziging.

Recent heeft de NZa een consultatiedocument opgeleverd, waarop een gezamenlijke reactie is gegeven door ANT, Cobijt, KNMT, NVIJ, NVM, ONT, NVGd en VBTGG.

De NZa brengt eind januari 2019 haar advies uit aan de minister. Op dat moment weten we hoe onze reactie daarin is verwerkt en zullen we u nader inhoudelijk informeren